In aanwezigheid van zo'n 150.000 pelgrims heeft paus Johannes Paulus II samen met 1.400 kardinalen en bisschoppen afgelopen zondag Kerk en wereld aan Maria toegewijd. De toewijding geschiedde voor het beroemde Mariabeeld dat vanuit Fatima naar Rome was overgevlogen.

De akte van toewijding door de paus en ongeveer een derde van het wereldepiscopaat vormde de afsluiting van de meerdaagse viering van het Heilig Jaar van de bisschoppen. Bijna anderhalf duizend herders van de Kerk, onder wie kardinaal A. Simonis, mgr. J. Punt en mgr. E. de Jong, waren zondagmorgen op het Sint-Pietersplein voor de concelebratie met paus Johannes Paulus II van de Eucharistie.

Onder een stralende najaarszon herinnerde de paus zijn broeders in het herdersambt aan de oorsprong van hun roeping: "Vandaag lijkt het Sint-Pietersplein op de zaal van het 'Laatste Avondmaal'. Het nodigt ons uit om geestelijk naar de beginplaats van het college der Apostelen terug te keren, naar Jeruzalem". De paus herinnerde er in zijn homilie aan, dat hij recent in het Cenakel de Eucharistie had mogen vieren en herdacht de fundamentele roeping van Apostelen en bisschoppen: wij moeten allereerst zelf in, met en door ons leven getuigen van het levende Woord, en daarna pas met onze mond; het levende Woord is identiek met de persoon Christus; het is het gelaat van Christus dat wij de mensen moeten laten zien; wij moeten het kruis van Christus met dezelfde kracht verkondigen als Paulus het heeft verkondigd.

De paus sprak over de bisschoppen die in de twintigste eeuw hun bloed omwille van het geloof hebben vergoten. "Enkele van hen heb ik tot de eer der altaren mogen verheffen". Meerdere keren werd de paus door applaus onderbroken toen hij de Chinese martelaren noemde, alsook de slachtoffers van de nazi-dictatuur in de concentratiekampen, de slachtoffers van de communistische vervolging en repressie, de slachtoffers van de Spaanse burgeroorlog; maar de paus herinnerde ook aan de belijder-bisschoppen.

Vervolgens sprak Johannes Paulus II over de uitdagingen van nu: "met het oog op het relativisme en het subjectivisme, die grote delen van de huidige cultuur vervuilen, zijn de bisschoppen geroepen om de eenheid in de leer onder de aan hun toevertrouwde gelovigen te beschermen en te bevorderen; en overal waar het geloof gedwaald heeft of niet bekend is, dienen zij te evangeliseren".

Aan het slot van de Eucharistie-viering, na het Angelusgebed, sprak de paus samen met de bisschoppen de akte van toewijding uit aan de Moeder Gods. Haar devotiebeeld uit Fatima stond reeds tijdens de viering van de Eucharistie naast een fraai oud kruis. Maria stelt Jezus niet in de schaduw maar krijgt van Hem juist haar licht, aldus het begin van het gebed. De paus vertouwde vervolgens aan Maria de toekomst van de wereld toe. (Zie pagina 8)

Zaterdag voor de middag heeft de paus zijn medebroeders opgeroepen terug te keren naar de ijver van de Apostelen: "Zij dienen hun ambt uit te oefenen als 'de goede herder' voor de Kerk van Christus". De pastorale inzet van de bisschoppen heeft als doel de christen-gelovigen naar het heil te leiden en tot heiligheid te brengen. Dat geldt voor alle drie de taken, die bij het bisschopsambt behoren, aldus de paus, met name voor het leer-ambt.

In een wereld, die niet in het minst door de massamedia een inflatie van het woord kent, kan het woord van de Apostel zich alleen dan een weg banen, wanneer het met het gehele licht van het Evangelie en als 'woord van leven' wordt verkondigd. De bisschop heeft de grote verantwoording om helderheid en duidelijkheid te verschaffen, juist met het oog op de verschillende stemmen en meningen. Daarvoor moeten de bisschoppen geen angst hebben (noli timere!) ook wanneer een en ander niet graag uit de mond van de bisschop wordt gehoord.

Wat betreft het ambt van de pastorale zorg door de bisschop, dient hij te handelen als de goede herder, die zijn schapen kent en die hem kennen. Het is een dienst van naastenliefde, die niemand mag veronachtzamen en die tegelijkertijd aan 'de minsten' bijzonder aandacht moet schenken. Na zijn toespraak begroette de paus persoonlijk velen van de aanwezige bisschoppen en kardinalen.

Zaterdagavond, feest van O.L.V. van de Rozenkrans, baden de opvolgers van de Apostelen samen met de opvolger van Petrus en met de gelovigen de rozenkrans van de glorievolle geheimen op het Sint-Pietersplein. Dat had een bijzonder karakter, omdat het voor het grote Mariabeeld van Fatima plaats vond. Dat was vanuit de Portugese bedevaartsplaats naar Rome gevlogen, omhangen met rozenkrans en met de pauselijke ring, die paus Johannes Paulus II na de moordaanslag op het Sint-Pietersplein op die gedenkwaardige 13e mei aan O.L.V. van Fatima geschonken had.

Ieder tientje kreeg als intentie een werelddeel. Die intentie werd uitgesproken door een bisschop afkomstig uit dat deel van de wereldkerk. De intentie van het tweede tientje werd uitgesproken door een niet nader genoemde Chinese bisschop. Volgens ooggetuigen was de betreffende bisschop zo geëmotioneerd dat hij zijn intentie slechts met grote moeite kon verwoorden.

In Nederland vond zondag eveneens een toewijding aan Maria plaats. Bisschop Hurkmans van Den Bosch droeg in de Bossche Sint-Jan de Nederlandse kerkprovincie op aan Maria.

Speciaal voor de plechtigheid in Den Bosch kreeg het beeld van de Zoete Lieve Vrouw uit de Mariakapel een plaats bij het hoofdaltaar van de Sint-Jan. (KN/SA)

© 2000 Katholiek Nieuwsblad
Niets van deze uitgave mag opnieuw worden uitgegeven in welke vorm dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever